Lekkende oliebron bedreigt fauna voor kust West-Australië Dagelijks stromen er 400 vaten ruwe olie uit de lekkende bron onder het boorplatform.De Australische regering ligt onder vuur. Volgens milieuactivisten treedt het te laks op tegen een lekkende oliebron voor de kust van West-Australië. Elke dag stromen er vierhonderd vaten ruwe olie in zee. Schildpadden, dolfijnen en walvissen die al met uitsterven bedreigd zijn, krijgen het hard te verduren. Het zal nog minstens drie weken duren voor het lek gedicht is. Het WWF spreekt intussen van een ongeziene mileuramp.
"Olievlek van Sydney tot Canberra"Het lek werd op 21 augustus ontdekt aan het boorplatform in de Timorzee tussen het Indonesische eiland Timor en Australië. De 69 arbeiders op het platform werden geëvacueerd en reddingswerkers hebben een poging gedaan om het lek te dichten en de olievlek in te dammen. Maar ze staan voorlopig nog altijd machteloos tegen de spuitende olie. Na meer dan een maand werken komen ze tot de conclusie dat ze nog minstens drie weken nodig hebben om het lek te dichten. Intussen groeit de kritiek van het WWF op de regering. World Wildlife Fund Australia zegt dat de regering te weinig onderneemt. Volgens de natuurbeschermers is het olievlek intussen al honderd keer groter dan de oppervlakte van de haven van Sydney en strekt de vlek zich uit over een lengte vergelijkbaar met de afstand van Sydney tot in Canberra. De vlek is al tussen de 6.500 en 15.000 vierkante kilometer groot.
Kritiek op de overheidHet WWF is intussen een onderzoek begonnen naar het effect van de immense olievlek op de natuur. Volgens een woordvoerder van Milieuminister Peter Garrett neemt de overheid de situatie wel degelijk ernstig maar daar gaat Rachel Siewert niet mee akkoord. De groene senator vindt dat de regering de impact van de lekkende olie op het zeeleven onderschat. Volgens haar is het ook niet de taak van een niet-overheidsorganisatie om de schade te gaan opmeten. Dat moet een overheidsinstantie doen, de overheid moet volgens Siewert haar verantwoordelijk dragen. "Waarom moet een niet-gouvermentele organisatie de schade gaan opmeten en de Australische burgers informeren over de impact van die ramp op het milieu? Dat is toch de taak van de overheid!", besluit Siewert.
Bedreigde diersoorten in moeilijkhedenVolgens het WWF is de schade onderwater nauwelijks te overzien. Meer dan vijftien soorten walvissen en dolfijnen en vijf soorten zeeschildpadden lijden onder de lekkende oliebron. Maar ook bovenwater is de schade groot. Meer dan dertig soorten zeevogels komen in moeilijkheden door het lek in het Montaro olieveld. Het WWF schat dat ook dertigduizend zeeslangen niet ontsnappen aan de gevolgen van de olieramp.
MytheEen maand na het ontstaan van het lek is de bron nog altijd niet afgesloten en stroomt er naast de ruwe olie ook nog een giftig goedje in zee, blijkt uit een rapport van de Australische ecologist Simon Mustoe. "We moeten ook dringend af van de myte dat olierampen alleen een bedreiging vormen voor de kusten als het olie aanspoelt", zegt Gilly Llewellyn van WWF Australië. "De regio is belangrijk voor het maritieme leven, er leven een aantal bedreigde zeedieren, zoals soorten dolfijnen en schildpadden. We moeten ook niet denken dat het probleem zo opgelost is als we het wateroppervlak behandelen met verdunners want die zorgen ervoor dat het water nog giftiger wordt en als dat goedje lager zinkt dan zorgt het onder het wateroppervlak ook weer voor problemen", aldus Llewellyn.
Uitgebreid onderzoekHet WWF start volgende week een uitgebreider onderzoek naar de effecten van het olielek op de fauna. Vanuit Darwin wordt er naar het olielek gevaren en onderweg zal de schade opgemeten worden. "Het is nogal ongelukkig dat deze milieuramp geen voorrang krijgt of niet de aandacht die het verdient. Het lijkt wel een verhaal van 'uit het oog, uit het hart'. We moeten dus wel zelf op onderzoek uit en vaststellen wat voor een enorme schade het giftige goedje aanricht voor het leven boven en onder het water. We gaan de besluiten van ons onderzoek zeker delen met de overheid en de bedrijven die verantwoordelijk zijn voor de opkuis van deze milieuramp", besluit Llewellyn. (hlnsydney)
HLN