‘Kamervoorzitster moet uitspraken over oorlog tegen Indonesië herroepen’
Arthur Graaff
15 aug 2014 14:30:49+00:00
DEN HAAG, 14-08-2014 – Kamervoorzitster Anouchka van Miltenburg stelde gisteren de strijd van de bevrijders in de Tweede Wereldoorlog op één lijn met de Nederlandse koloniale onderdrukkingsoorlog tegen de Indonesische republiek vanaf 1947.
Mevrouw Van Miltenburg vergoelijkte ook het optreden van de Nederlandse militairen zonder op hun grootschalige moorddadige excessen te wijzen. Zij dient dat ‘uiterst beledigende en onhoudbare standpunt’ zo snel mogelijk te herroepen, zo stelt het bestuur van de AFVN/Bond van Antifascisten.
De bond heeft haar daarover een brandbrief gestuurd. Of de vaak bekritiseerde voorzitster op grond hiervan dient af te treden, laat de bond aan haar. De bond heeft ook een klacht over dit optreden ingediend bij het presidium van de Tweede kamer.
Al langer dringt de voorzitter van de bond, prof. Kees van der Pijl, er op aan om de herdenking van de Tweede Wereldoorlog niet te bezoedelen door er andere oorlogen bij te slepen, omdat dat leidt tot onnodige discussies, verwatering en verwarring.
De bond vindt de toespraak ‘onacceptabel’ en ‘een vorm van disinformatie en geschiedvervalsing’. Ook vindt de bond dit een belediging van alle Nederlandse dienstweigeraars van destijds, die zwaar hebben moeten boeten voor hun standpunt. Ook wijst de bond op de 40.000 gesneuvelde Indonesische strijders van die koloniale oorlog.
In Djakarta is er volgens de bond niet voor niets een straat naar hen vernoemd, de ‘Djalan 40.000′. Dit getal is nog zonder de ongeveer 100.000 burgerslachtoffers. Aan Nederlandse zijde vielen ongeveer 5.000 militairen. De bond acht het verder ‘zeer wel mogelijk’ dat de Indonesische ambassadeur gegriefd wordt door deze uitspraken.
Mevrouw Van Miltenburg deed haar uitspraken gisteren op de herdenking van de bevrijding van Indië in de hal van de Tweede Kamer. Deze bijeenkomst gaat altijd vooraf aan de openbare herdenking bij het Indiëmonument in Den Haag, vandaag. Opmerkelijk genoeg benadrukte juist vóór haar de organisator van de herdenking van de Indische bevrijding, Raad-van-Statelid Jan Kees Wiebenga, uitdrukkelijk dat die bijeenkomst zich alleen richt op de Tweede Wereldoorlog en de slachtoffers van de Japanse agressie.
In de periode van 1947 tot 1950 voerde Nederland zijn laatste koloniale oorlog, ook wel bekend als de ‘politionele acties’. Voornamelijk dienstplichtigen moesten toen in Indonesië vrijheidsstrijders gaan verslaan, wat niet lukte. De rijke kolonie was in 1940 de vierde olieproducent ter wereld, en tevens een zeer grote leverancier van o.m. rubber, tin en tropisch voedsel, zo stelt AFVN-secretaris Hein van Kasbergen. Bovendien vindt de bond het ‘uiterst onverstandig’ dat mevrouw Van Miltenburg als niet-historicus een oordeel wil vellen over deze chaotische en gecompliceerde periode.
Mevrouw Van Miltenburg stelt volgens de bond ten onrechte, dat de Nederlandse militairen ‘gevraagd werd’ te strijden, en heeft het dan onbegrijpelijkerwijs over ‘voor vrijheid en veiligheid van anderen’. “Ze hebben gestreden voor hun land, en dat hebben ze zo trouw en goed als ze konden gediend”, zei zij in haar toespraak, doelend op de strijd vanaf 1947.
De AFVN/BvA vraagt zich af of mevrouw Van Miltenburg van een andere planeet komt, gezien de bekende excessen zoals het moorddadige optreden van kapitein Westerling en de moordpartijen op burgers in o.m. Rawa Gedeh en andere plaatsen, die uitvoerig in de pers aan de orde zijn geweest. Deze noemde de kamervoorzitster niet. Zij wijdde evenmin een woord aan de dienstweigeraars van toen, die zeer hard behandeld en gestraft werden, onder wie honderden communisten en socialisten die nog eens extra hard werden aangepakt.
De AFVN/BvA is ‘stomverbaasd’ over dit gebrek aan kennis en historisch besef bij deze politica. De bond wil niet stellen dat alle Nederlandse dienstplichtigen in deze ‘vuile oorlog’ onderdrukkers en moordenaars waren. De AFVN meent dat er onder de Nederlands bezettingsmacht van 100.000 soldaten vele duizenden waren die met hun verse kennis van de terreur van de nazi’s, beseften dat wat zij in Indonesië deden, eigenlijk niet kon.
Twee van de bekendsten van hen, die mevrouw Van Miltenburg ook niet noemt, waren Poncke Princen en Joop Hueting. De meesten hadden echter de moed of de gelegenheid niet om zich daaraan te onttrekken. Tegelijk citeerde mevrouw Van Miltenburg weer wel ex-minister van buitenlandse zaken Ben Bot, die stelde dat destijds ‘Nederland aan de verkeerde kant van de geschiedenis stond.’
Maar de AFVN vindt de overige ongenuanceerde opmerkingen van de kamervoorzitster een klap in het gezicht van de vele honderden dienstweigeraars uit 1946/50, die zwaar voor hun overtuiging betaald hebben, vaak niet alleen in die jaren, maar ook in de jaren erna omdat zij bijvoorbeeld geen overheidsbanen konden krijgen, onder hen vele socialisten en overtuigde communisten.
En dat terwijl de Nederlandse communisten zich tijdens de oorlog met hand en tand verzet hebben tegen de onderdrukking, naziterreur en de bezetting, en de organisatoren waren van o.m. de Februaristaking. De eerste Nederlander die de nazi’s executeerden in de oorlog, op 8 maart 1941, was een Amsterdamse communist, Leendert Schijveschuurder. Toevallig was 8 maart 1942 de dag waarop Nederland zich in Nederlands-Indië overgaf aan de Japanners.
Opvallend vindt de AFVN verder dat ex-kamervoorzitster Gerdi Verbeet twee maanden terug als ambassadrice van de veteranendag ook al pleitte voor meer begrip voor de veteranen van de vuile oorlog tegen de Indonesische onafhankelijkheid. Mevrouw Verbeets vader deed als foerier drie jaar actieve dienst in die koloniale oorlog. Mevrouw Verbeet werd om haar vergoelijkende standpunt, waarin zij ook de excessen negeerde, al in de pers bekritiseerd.
Vandaag zal mevrouw Verbeet spreken op de Indische herdenking. Het is niet bekend of zij het ook zal hebben over de koloniale oorlog hoewel die uitdrukkelijk niet valt onder de Indische WO2-herdenking. Bij de herdenking vandaag is traditioneel de Indonesische ambassadeur aanwezig, maar geen vertegenwoordiger van Japan.
De AFVN is het met die herdenking en de beperking tot WO2 geheel eens. De AFVN streeft er ook al jaren naar om ook de nationale dodenherdenking op 4 mei weer te beperken tot alleen de slachtoffers uit de WO2. De bond wijst erop dat velen die oorlog zien als ‘de laatste rechtvaardige oorlog’ en onderschrijft dat standpunt.
Krapuul