Cas (13) bezorgt zijn opa een militaire onderscheiding
REGIO | 29 september 2014 | Door Maarten van Laarhoven , Dichtbijredacteur
MAASTRICHT - Een bijzonder feest vandaag voor de familie Hochstenbach uit Maastricht en al helemaal voor kleinzoon Cas Hochstenbach (13) en diens opa Theo. Deze laatste ontving vandaag uit handen van burgemeester Onno Hoes het Draaginsigne Gewonden voor het letsel dat hij in 1949 opliep tijdens het vervullen van zijn dienstplicht in voormalig Nederlands-Indië.
Mede dankzij Cas, die zijn grootvader had geholpen de voor de onderscheiding noodzakelijke bescheiden bij de juiste instantie te krijgen. Want een aanvraag wordt niet zomaar in behandeling genomen: je moet precies aangeven hoe je gewond geraakt bent en onder welke omstandigheden. Alles wordt tot in de kleinste details geverifieerd.
Het Draaginsigne Gewonden is een onderscheiding die in 1990 bij ministerieel besluit werd ingesteld. Het Rijk achtte het destijds wenselijk om respect en dank te betonen aan militairen, veteranen en zeelieden die tijdens oorlogshandelingen of vredesoperaties lichamelijk of psychisch gewond geraakt zijn.
Het insigne, een ereteken dat vergelijkbaar is met het bekende ‘Purple Heart’ in de Verenigde Staten, is tot nu toe zo’n 4.300 keer uitgereikt. Het Draaginsigne gaat vergezeld van een oorkonde die is ondertekend door de minister. Het is een kruisvormig kleinood met daarop de spreuk ‘vulneratus nec victus’, Latijn voor: ‘gewond, maar niet verslagen’.
Theo Hochstenbach werd in 1949 voor de Koninklijke Landmacht als artillerist uitgezonden naar Soebang, West-Java. Op 11 april 1949, omstreeks half twaalf ‘s avonds, kwam hij tijdens een patrouille onder vuur te liggen. Daarbij werd hij in zijn rechteronderbeen en rechterarm geschoten, verwondingen die hem zeven weken in een veldhospitaal deden belanden.
In het veldhospitaal wist een dokter uit Middelburg Hochstenbach te vertellen dat het allemaal veel erger had gekund: gelukkig hadden de vijandige kogels geen botten geraakt, zo bracht hij in herinnering tijdens een persoonlijk gesprek – met koffie, thee en vlaai - op de werkkamer van de burgemeester.
Deze luisterde vol belangstelling naar zijn verhaal. Hij herkende veel in het relaas van Hochstenbach, zo gaf hij aan, omdat zijn eigen vader ook in het voormalig Nederlands-Indië had gediend.
Een bijzonder compliment had had hij paraat voor de nog jonge Cas, die – mede door de verhalen van zijn grootvader - zo geïnteresseerd is in de Tweede Wereldoorlog en de periode in de jaren daarna, dat hij een eigen museum aan het oprichten is.
Het draaginsigne van zijn opa moet daarin uiteraard een plaatsje krijgen, suggereerde Hoes, om er meteen aan toe te voegen dat hij hoopte dat Theo Hochstenbach nog lang van zijn onderscheiding mag genieten. ”Tijdens de volgende Veteranendag kunt u het ereteken trots aan uw makkers laten zien”, aldus de burgemeester.
Maastricht / Dichtbij