Koppensnellerspaal Oudenbosch

Koppensnellerspaal Oudenbosch, figuren zijn slachtoffers die snel naar het dodenrijk moesten

Geplaatst op 20 oktober 2015

OUDENBOSCH - Een koppensnellerspaal van ruim vijf meter staat niet iedere dag op de stoep van het Natuurhistorisch Volkenkundig Museum in Oudenbosch.
Maar sinds gisteren is het museum verrijkt met zo'n Bisj-paal, afkomstig uit Papoea Nieuw-Guinea.

Het nieuwe pronkstuk is in bruikleen geschonken door Niek van Rijswijk. De Hagenaar verzamelt kunst uit Nieuw-Guinea. De Bisj-paal sierde lange tijd een kantoor in Den Haag. Toen dat sloot, keerde het terug bij Van Rijswijk. "Maar het paste niet in mijn huis. Ik bood het musea aan en Oudenbosch reageerde meteen."

Museumvoorzitter Marcel Deelen is in zijn nopjes met de nieuwe aanwinst, temeer daar op 30 oktober de nieuwe Indië-expositie opent. "Bisj-palen staan nu in Amsterdam, Rotterdam en Leiden. Niet slecht om in dat rijtje te komen."

De Bisj-paal is door de Asmat-stam uit het hout van een wilde muskaatboom gesneden. Van Rijswijk: "Zij bedreven een ritueel kannibalisme. Als de bast wordt verwijderd komt er een bloedrood sap vrij. De afgebeelde figuren zijn slachtoffers van snelpraktijken, die snel naar het dodenrijk moesten. De palen zijn allemaal zo'n dertig jaar oud in de tijd dat kannibalisme nog gemeengoed was."

De paal komt horizontaal hangend aan plafond of muur.

Filmpje bij BN de Stem