Indonesische bezetting van West-Papoea
West-Papoea: na de genocide is er eindelijk hoop
TOM PEETERS . 15 MAART 2018
‘In West-Papoea wordt de essentie van onze menselijkheid gereduceerd tot het niets’, stelt Benny Wenda fel op 1 december 2017. Hij heeft net de Morgenstervlag gehesen in het Engelse Oxford, waar hij een politieke vluchteling is. Elk jaar op die dag gaat de officieuze vlag van West-Papoea, de hoogte in op 250 locaties in 50 landen. Niet in West-Papoea zelf, of toch niet openbaar, dat is immers een daad van verzet die kan leiden tot celstraffen van 7 tot 15 jaar.
Wenda is de Britse campagneleider van de Organisatie voor een Vrij Papoea (OPM). ‘We worden behandeld als beesten in een militaire bezetting die neigt naar apartheid. Tienduizenden vluchtten noodgedwongen, achterblijvers leven onder constante terreur. Bijna elke dag arresteert, foltert en vermoordt het leger Papoea’s zonder reden’, vertelt Wenda aan The Independent.
De Indonesische overheid is de boosdoener. Jakarta regeert al meer dan een halve eeuw over West-Papoea, na een illegale machtstransfer oogluikend toegestaan door de VN, de VS en Nederland. En hoewel de Indonesische president Joko ‘Jokowi’ Widodo hard z’n best doet om te tonen dat Indonesië het goed voor heeft met West-Papoea, suggereren de internationale rapporten iets anders, de laatste drie jaar is het geweld enkel toegenomen.
Zeid Ra’ad Al Hussein, VN-commissaris voor Mensenrechten, meldt ‘alsmaar meer berichten over willekeurige aanhoudingen en overdreven machtsvertoon van de veiligheidstroepen.’ Komt het nog ooit goed voor West-Papoea?
Genocide in slow-motion
Beeld u zich een land in waar de bergen gemaakt zijn van goud, zilver en koper, waar de rivieren en zeeën wemelen van vis en waar het landoppervlak bedekt is met kostbaar hardhout, een land dat overvloedig veel aardgas heeft, maar ook intense natuurschoonheid: ongerept oerwoud, woeste junglerivieren en ‘s werelds enige beschermde intacte doorsnede van bergen met besneeuwde toppen tot een tropisch zeemilieu.
In zo’n schatrijk land moeten de mensen het wel goed hebben. Toch? Niet dus. Hoewel ze op een goudberg wonen waarvan de omvang amper te vatten valt, zijn de meeste West-Papoea’s straatarm. Ze zijn lastiggevallen, vernederd, verkracht en vermoord. Hun tradities zijn ondermijnd, hun grondstoffen geroofd en hun milieu, het land waarvan ze al sinds mensenheugenis leven, worden vernield.
West-Papoea is de naam die de Papoea’s verkiezen voor hun land, het Indonesische gedeelte van het eiland Nieuw-Guinea. Het bestaat –ietwat verwarrend– uit de Indonesische provincies Papoea en West-Papoea. Sinds 1962 zwaait Indonesië de plak in West-Papoea, ook al hebben de Papoea’s etnisch, cultureel en geografisch weinig gemeen met de Indonesische archipel.
De Indonesiërs regeren met harde hand. Ze zijn als de dood voor het verliezen van West-Papoea. Daarom drukken leger en politie elke zweem van nationalistische gevoelens of separatisme oerend hard de kop in. Opstanden leiden tot buitensporige vergeldingen, de Morgenstervlag werkt op de Indonesische ordehandhavers als een rode lap op een stier. Het geeft hen een vrijgeleide om er op los te kogelen of matrakkeren. De vergelijking met een politiestaat is nooit veraf.
Het aantal slachtoffers van de Indonesische terreur is moeilijk in te schatten. Jakarta sluit West-Papoea hermetisch af voor journalisten. Die komen er slechts in met toelating van het leger of –vaak gemakkelijker– door zich te vermommen als vogelaars. Onlangs moest een BBC-journaliste Papoea verlaten omdat haar tweets ‘de gevoelens kwetsten’ van de Indonesische legerleiding.
Wat stellen die gevoelens voor in verhouding met het Papoease lijden? Australische universiteiten menen dat sinds de jaren zestig 100.000 tot een half miljoen Papoea’s zijn omgekomen door de Indonesische bezetting. Zij noemen het ‘een genocide in slow-motion’.
Lees verder bij MO