zaterdag 26 september 2009 door Margriet van der Heijden
Gegrepen door slangengeheimen
Freek Vonk was veertien jaar, toen hij voor het eerst een slang aaide. Het was de python van de broer van een voetbalvriend. “Ik was meteen gegrepen door de geheimzinnigheid van dat dier”, zegt hij. “En het geheimzinnige van slangen is dat ze anders zijn dan alle andere dieren.”
Slangen hebben geen poten, zijn langgerekt en omdat ze geen oogleden hebben, hebben ze een starre blik. “Er zijn wel 3.000 soorten”, zegt Freek. “Van 10 centimeter kleine tot 9 meter lange. Sommige zwemmen in zee, andere glijden door het zand of leven in boomtoppen. Ze kunnen groen zijn, geel, paars, bruin, oranje….”
Je snapt het al: Freek is een slangenliefhebber. Al snel na zijn eerste ontmoeting met de python had hij dus zelf slangen. Op het laatst wel 120. Maar géén gifslangen. Dat wilde zijn moeder niet.
Toen Freek ging studeren – biologie – heeft hij al die slangen verkocht. “Slangen verzorgen kost veel tijd. Dat gaat niet samen met studeren”, zegt hij. Maar nu heeft hij er alweer een stuk of zeventig. Óók gifslangen. “Ze zijn voor onderzoek”, zegt Freek. Want hij is slangenonderzoeker geworden.
Er zijn nog grote raadsels op te lossen. Zoals: van welke verre voorouder stammen slangen af? Freek: “We weten nog steeds niet of ze voortgekomen zijn uit een waterhagedis die zijn pootjes verloor omdat dat beter zwom. Of uit een landhagedis die zijn pootjes verloor omdat hij onder de grond ging leven.” En ook slangengif is reuze interessant. Daar zitten stoffen in waarvan je misschien medicijnen kunt maken voor mensen. Zoals pijnstillers. Daarom ‘melkt’ Freek gifslangen.
Als het adders zijn of andere slangen met lange, beweegbare giftanden, dan laat hij ze in een bekertje happen waar een stukje cellofaan overheen is gespannen. Zo gauw de tanden daar doorheen slaan, loopt het gif eruit, in het bekertje.
Bij slangen met kleine, vastzittende giftanden schuift hij een pipet, een dun buisje, over de giftanden. De slangen zoekt hij een paar keer per jaar in verre oerwouden. Later onderzoeken hij en anderen dan het gif.
Is zijn werk niet vreselijk gevaarlijk? “Dat valt wel mee”, vindt Freek. “Ik vind het niet gevaarlijker dan autorijden. In de auto moet ik maar afwachten wat de rest van het verkeer doet. Maar als ik slangen melk heb ik meestal alles onder controle.”
Op 11 oktober om 21 uur is Freek Vonk met slangen op Discovery Channel.
NRC