'Ik herken elk theater aan zijn spiegel'door Nico de Boer. vrijdag 06 februari 2009 | 07:35 | Laatst bijgewerkt op: vrijdag 06 februari 2009 | 07:56
Eric Schneider: 'De fysieke krachten nemen af. Het is niet anders.' foto David van Dam/GPD
"Ik heb twee hartinfarcten gehad, maar de gezondheid is nu goed.
Ik wil dus niet spreken van mijn zwanenzang."
Wie Eric Schneider aan het werk ziet, begrijpt zo'n uitspraak. Hij is nog buitengewoon actief, niet alleen als acteur, regisseur en (toneel)schrijver, maar ook als tekenaar en maakt daarbij een even onverstoorbare als onvermoeibare indruk. Maar dat is schijn, zo blijkt: "Ja, ik ben nog steeds bezig. Maar het gaat allemaal wel langzamer", zegt hij na een repetitie van 'Nocturne'.
"De fysieke krachten nemen af. Het is niet anders. De dagen vind ik lang, er komt geen einde aan die repetitie en ik weet niet of ik dat vroeger had. Men vergeet veel hè. Dat hebben we gewoon te accepteren. Net als het ouder worden en het wegvallen van collega's, want er gaan er nogal wat dood. En dat vind ik erg."
Hij ziet bovendien nogal wat verval en ziekte om zich heen. Zoals bij zijn ex-vrouw, de actrice Will van Kralingen, met wie hij twee kinderen heeft.
Schneiders nieuwe stuk bij Het Nationale Toneel, Nocturne, is een bitterzoete komedie over een oude acteur en een voormalige souffleur die een avondje doorzakken en wegzinken in hun gedeelde verleden. Als de dochter en haar vriend de oude acteur komen halen, wordt alles op scherp gezet.
Hoe autobiografisch is het stuk? "Het is eigenlijk de biografie van een toneelspeler. Er valt voor andere toneelspelers en critici best iets te herkennen. Er zijn ook zoveel mensen die mijn pad hebben gekruist: Ton Lutz, Ko van Dijk, Fons Rademakers, Max Croiset...." Nocturne heeft veel van een toneeltestament. "In het Theaterinstituut gaf Peter Oosthoek laatst een toneellezing, waarin hij fantastische analyses over toneel gaf. Als ze mij zouden vragen voor zoiets, zou ik zeggen: Jongens, geen gezeur, ga naar Nocturne."
Voor Schneider laat het stuk het demasqué van een oude toneelspeler zien.
"Hij kan zijn teksten niet meer onthouden. Hij heeft de energie er niet meer voor om het vol te houden, maar hij wil niet van opgeven weten."
De man is wanhopig. Hij faalt zelfs in de kleine rol van Firs uit Tsjechovs De kersentuin, die in de beroemde slotscène zegt: 'Mij hebben ze vergeten.' Dat zinnetje is de rode draad in Nocturne.
"Daar gaat het om. 'Ze zijn mij vergeten, ook als acteur.' Het is de achterkant van het theater. Figuurlijk en letterlijk."
Schneider draait zich om en wijst op het decor. "Je kijkt echt tegen de achterkant van het toneel aan. Rechts het hok van de portier. Links de kleedkamer van de oude acteur, die zich zit af te schminken. Acteurs kijken meer in spiegels van kleedkamers dan in de spiegels thuis. Ik herken elk theater aan zijn spiegel."
Schneider heeft een grote staat van dienst. Hij acteerde ook in talrijke tv-series en films, recentelijk in Stellenbosch en Alles is liefde.
Er moet sinds 1960, toen hij debuteerde in Zuiden van Julien Green veel veranderd zijn in het theater.
Doordat de televisie zo'n stempel drukt, wordt het vak sterk onderschat, vindt hij.
"Jonge mensen zien mooie jonge jongens en meiden spelen en denken al gauw, o, dat kan ik ook. Maar als ze één jaar bezig zijn, krijgen ze het moeilijk, merken ze dat ze zichzelf steeds herhalen. Echte acteurs maken zich daarvan los. Alle grote filmsterren spelen toneel in kleine theaters, zoals Meryl Streep en Al Pacino. Dat is niet verwonderlijk, want daar komt het vandaan. Toneel is de bakermat."
Eric Schneider groeide op in het voormalige Nederlands-Indië. "We zaten in de oorlog in het jappenkamp. Met Marijke Merckens, Willem Nijholt, Kick Stokhuyzen, mijn broer en ik. Wij kennen elkaar allemaal uit die tijd. We zijn zo'n beetje de laatste generatie die het nog heeft meegemaakt. Het is eigenlijk een wonder dat mijn hele familie heelhuids uit de oorlog is gekomen." Zijn oudere broer is de diplomaat Carel Jan Schneider, als schrijver bekend onder het pseudoniem F. Springer, die met een wankele gezondheid kampt.
"Hij was lang geleden begonnen aan een roman over zijn laatste standplaats Berlijn, waar hij vlak voor het vallen van de Muur ambassadeur was. Iedereen hoopt dat hij die nog afmaakt. Mijn vader, tewerkgesteld aan de Birma-spoorlijn, heeft een vreselijk zware oorlog gehad. Hij sprak er nooit over met ons, nooit. Toen de film The bridge on the river Kwai (1957) uitkwam, namen we hem mee. De film draait. Doodse stilte. Ineens horen we hem zeggen: 'Allemaal gelogen'. En toen hij de brug die gebouwd werd zag, zei hij: 'Veel te groot. Die brug was niets, hooguit vijf meter.'"
Nocturne. Regie: Franz Marijnen.
Spel: Eric Schneider, Lou Landré, Dennis Rudge, Oda Spelbos.
18 februari t/m 14 maart, NT Gebouw, Den Haag.
BNdeStem