zo 13 feb 2011, 15:53
'We willen zonder angst in eigen land leven'
AMSTERDAM - Papoea's willen zonder angst in hun eigen land leven en hun eigen geschiedenis kunnen schrijven in West-Papoea, het voormalig Nederlands Nieuw-Guinea. Dat zeggen de Papoealeiders Thaha Alhamid en Leo Imbiri, die in Nederland waren voor de presentatie van het boek Een perspectief voor Papoea.
De leiders zien een moeilijk overbrugbare kloof tussen de vele Indonesische migranten en de inheemse Papoea's. Toch geloven ze dat hun missie, meer rechten voor Papoea's, gaat slagen. „In ons land ontstaat onder de Papoea's langzaam maar zeker een netwerk van samenwerkende kerken, raden en organisaties waaruit een burgermaatschappij groeit. Die moet uiteindelijk krachtig genoeg zijn om de dialoog aan te gaan met de Indonesische regering voor meer rechten”, aldus Alhamid.
Maar het kan nog even duren voor het zo ver is. Sinds de oude Nederlandse kolonie na een frauduleus verlopen referendum in 1969 Indonesisch grondgebied werd, is de positie van de Papoea's zwak.
„Zelfs voor simpele banen komen Papoea's niet in aanmerking. We zijn veel bezittingen kwijt, waaronder ons land”, aldus Alhamid en Imbiri, die secretaris-generaal zijn van respectievelijk het Presidium van de Papoea Raad en de Papoea Inheemse Raad. „We willen sociale en economische rechtvaardigheid en ons kunnen ontwikkelen. De identiteit van de Papoea's moet gehandhaafd blijven in eigen land.”
Mensenrechtenorganisaties maken regelmatig melding van repressie. Zo dook in oktober vorig jaar een filmpje op waarin militairen een aantal Papoeamannen martelen. Een andere bekende zaak is de moord op Papoealeider Theys Eluay in 2001. Veel schendingen komen echter niet naar buiten. „Media en ngo's mogen nauwelijks in Papoea werken, waardoor het oog van de wereld niet op ons valt”, aldus Alhamid.
Toch zien Alhamid en Imbiri ook vooruitgang. „Er is na het vertrek van president Suharto in 1998 meer democratie gekomen. Maar wat niet is veranderd, is de manier waarop de Indonesische regering en vooral het leger naar ons kijkt. We worden nog steeds gezien als een veiligheidsprobleem: de Papoea's willen zich afscheiden en ze zijn lui en dom.”
Een ander obstakel is de versplintering van het gebied West-Papoea in steeds meer losse bestuursregio's, die de eenheid van de Papoea's ondermijnt. „Sinds het begin van deze eeuw is onze onderhandelingspositie daardoor verzwakt”, aldus de leiders.
Het boek Een perspectief voor Papoea van schrijver Willem Campschreur gaat over de geweldloze strijd voor meer zelfbeschikking van Viktor Kaisiëpo (1948-2010), die sinds 1962 in Nederland woonde. Imbiri: „Viktor was erg belangrijk. Hij was de brug naar het buitenland en bracht de zaak van de Papoea's internationaal onder de aandacht: in Nederland, in Amerika en bij de Verenigde Naties.”
Volgens Alhamid en Imbiri heeft nog niemand zich aangediend die het internationale werk van Kaisiëpo over kan nemen. De leiders zeggen dat ze in eigen land in zijn geest verder strijden voor de rechten van de Papoea's.
Telegraaf