6 weken Bali, het lijkt zo lang maar terugkijkend is het zo snel voorbijgegaan… (Voorjaar 2008)
Als ik op Bali aankom en de tropenwarmte voel, die tropenlucht ruik, voelt het als thuiskomen. Tropenwarmte… begint zich te nestelen in je huid en later tot in je botten, senang. Onderweg naar het hotel kijk ik naar al die bekende plekken en bij aankomst in hotel is er een warm welkom, iedereen: ‘selamat sore Ibu Loes, apa kabar, selamat datang’
Dan die klus van koffers uitpakken…zucht…maar we onderbreken met het zetten van koffie waar we op het balkon van gaan genieten, kijkend naar de klapperratten, duiven, vogels in de bomen. De brutale vogels komen al dichtbij in de bougainville…’hm is hier iets te eten?’
Een rode kat kijkt om het hoekje en rent verontwaardigd weg…’nah ja, ménsen hebben mijn balkon in beslag genomen tsssssssss’
We gaan douchen en lopen daarna het strand op, ook hier bekenden die ons welkom heten…nee nee vandaag kopen we niets hoor….ja, morgen misschien…
We willen nu langs de vloedlijn wandelen, de oceaan zien, horen en ruiken, én bij Lanai cappuccino drinken, ja, óók bekenden.
’s Avonds ergens lekker eten, alles op je gemakje, pelan pelan toh?
Laat op de avond met een bakkie (Hollandse) koffie op het balkon, kijkend naar de tropische sterrenhemel, soms lekker kletsen, soms dom de slappe lach hebben, of samen stil zijn en luisteren naar de tropische geluiden om je heen. De Indische Oceaan laat zich ook horen, soms ruisend, soms donderend, een enkele vogel nog, het geluid van cicaks en de tokeh.
Zou de tokeh de eerste avond al 7 keer tokeh roepen? Het is nog waar ook.
De dagen rijgen zich aaneen, meestal aan het strand onder een payung, pratend, filosoferend, lezend of gewoon alleen maar kijken, kijken naar alles wat er gebeurt, kijken naar mensen, hoe ze er uitzien, wat ze doen, spelende kinderen, rennende honden, surfers, een vissersbootje, voetbalpartijtjes, zonsondergangen.
De verkopers op het strand laten ons met rust, bij onze vaste verkopers hebben we gekocht wat we wilden hebben, dus is het goed dan zeuren ze verder ook niet, wél een praatje natuurlijk.
Vaak een wandeling langs het strand, kijk daar, een man staande op een surfplank met een peddel, net als een Indiaan, van de bungyjumptoren stort zich iemand naar beneden zittend op een brommer, de motor aan.!!! Nou ja! Zucht, geen camera bij de hand.
Natuurlijk gaan we af en toe naar Kuta Square, beetje shoppen én naar Starbucks.
Er zijn in ons hotel meerdere Nederlanders die hier elk jaar terugkomen.
Op een ochtend horen wij dat één van de Nederlanders koorts heeft, dat werd hoge koorts, paar dagen later vertelt zijn vrouw dat hij met spoed is opgenomen in het Internationale Ziekenhuis, diagnose: Dengue Fever, knokkelkoorts, dat is schrikken, je hoort en leest erover, maar zó dichtbij…
Demam berdarah heet het hier. De man is erg ziek geweest, 5 à 6 dagen in ziekenhuis gelegen, toen was de koorts gezakt en de bloedwaarde weer normaal, gelukkig. Hij voelde zich nog lang moe, schijnt erbij te horen.
We hebben nog een trip gemaakt naar Noord-Bali, wilden graag (weer) een bezoek brengen aan het Boeddhistische klooster/tempel (Vihara) vlakbij Air Panas, gelegen in het hoger gelegen beboste gebergte, schitterend, indrukwekkend, mooi, vredig.
Rust ook, er waren amper andere bezoekers, dus je kunt dan zelf ook stil zijn.
Wierook gebrand, foto’s gemaakt, in één der gebouwtjes werd een stilte-meditatie gehouden.
Een Boeddhistische monnik kwam de tempel in gelopen.
We groetten elkaar eerbiedig.
De terugweg was via Kintamani, een prachtig gebied, schitterende uitzichten, even later begon het te regenen, de zware bewolking hing laag, bedekte de toppen van de bergen, soms een beetje regen en zon, soms een regengordijn, fascinerend om naar te kijken.
Die verschillende soorten licht op het landschap, zo apart. Je wilt het ‘vangen’ op een foto, dat lukt wel, maar toch…….die sfeer, dat gevoel erbij, dat vang je niet. Niet voor een ander die de foto’s ziet, wel voor ons, dan beleef je dat gevoel, die sfeer weer.
En verder? Verder was het een heerlijke, ontspannen vakantie, en oh ja, mijn verjaardag daar gevierd, een jaartje ouder, maar je bent zo oud als je je voelt. Zolang ik nog naar Bali kan gaan, is het goed.
Ik kijk al weer uit naar mijn volgende Bali reis.
Pengopi