Touwtrekken om familierestaurant Toko Oen
26 augustus 2014|
tekst en beeld Kyra Dirksen|
Decennia lang runt de familie Oen hun familierestaurant Toko Oen in Semarang, Indonesië. Ook in Malang staat al tientallen jaren een Toko Oen, die niet meer gerund wordt door de familie, maar door snelle horecajongen Dani. Hij zette de naam Toko Oen in Malang voort, toen de familie het gebouw in de verkoop zette. Dit ging alleen zonder toestemming van de familie Oen. Het gevolg: een competitieve strijd tussen beide eigenaren.
Nederlandse toeristen die afreizen naar Indonesië, krijgen vaak van locals de tip om een bezoek te brengen aan Toko Oen. Hier staan poffertjes, bitterballen, een huzarensalade en saucijzenbroodjes op het menu. Die Nederlandse invloeden vloeien uit de koloniale tijd, toen Nederlandse functionarissen en militairen het restaurant bezochten. Het was een ontmoetingsplek voor Nederlandse kolonisten. Twee generaties lang werd de naam Toko Oen in één adem met de regering genoemd, nu is het een toeristische trekpleister met vestigingen in Semarang en Malang. Het lijkt dezelfde keten met hetzelfde doel, maar schijn bedriegt, want er bestaat een strijd tussen de twee restaurants.
Terug in de tijd: het begon ongeveer in 1910, toen mevrouw Liem Gien Nio en meneer Oen Tjoen Hok een koekjeswinkel in Yogyakarta met de naam ‘Toko Oen’ oprichtten. Al snel breidde de winkel uit naar meerdere steden op Java en werd het een bekende restaurantketen. Vandaag de dag zijn er nog twee vestigingen over. In 1985 werd het gebouw van Toko Oen in Malang verkocht door de familie Oen. “Er was geen familie meer die het restaurant kon runnen”, vertelt Jenny, de gastvrije eigenaresse van het restaurant in Semarang. “Iedereen had het druk, geen affectie meer met horeca of was vertrokken naar Nederland. Alleen ik was er nog”.
Jenny behoort tot de derde generatie van de familie Oen en heeft tien jaar geleden het restaurant van haar moeder overgenomen. Ze heeft jaren in Nederland gewoond en heeft een passie voor Nederlands eten. Ze koos ervoor het restaurant volledig authentiek te laten. “Alles is een erfgoed, niet alleen het gebouw, maar ook de manier van koken. Ik maak hetzelfde ijs en dezelfde koekjes als mijn oma dat honderd jaar geleden deed”.
Nu runt gedreven horecatalent Dani het het Toko Oen restaurant in Malang. Dani is geen afstammeling van de familie. Hij kocht het gebouw in 1985 en besloot de naam voort te zetten, omdat hij, zoals hij zelf zegt, het ‘icoon Toko Oen’ niet wilde opgeven. Ook gebruikt hij de originele menukaart en de inrichting, die zijn achtergebleven met de verkoop.
Twee dezelfde restaurants, maar de eigenaren zijn niet van plan samen te werken. Jenny is boos Dani. “Hij heeft de naam Toko Oen toegeëigend, niet overgekocht”, zegt ze. Even verandert de stemming. Jenny vertelt emotioneel dat de familie geen inspraak heeft gehad op de verkoop van het restaurant in Malang. Wat eerst een autoshowroom zou worden, is nu hetzelfde restaurant gebleven. “Omdat het een cultureel erfgoed is mocht het gebouw geen andere functie krijgen. En een oubollig restaurant met de naam Toko Oen loopt goed, omdat het bekend is, maar met een andere naam niet. Dus hebben ze de naam weer gebruikt. De meubels zijn blijven staan en de ijsmachine ook. Het mocht er niet uit, vond de nieuwe eigenaar. Het was de tijd dat alles kon als je geld had, dus hebben ze alles toegeëigend. Zonder toestemming van de familie."
Dani bevestigt niets. “Het probleem is dat ik niet kan zeggen dat de inrichting van mij is, maar Jenny ook niet dat het van haar is. Het is van meneer Oen, maar die is er niet meer. Ze doet dus een beschuldiging zonder bewijs”, zegt de advocaat, hetgeen hij naast het runnen van het restaurant als beroep uitoefent.
Toen Dani het restaurant in 1985 kocht, sloot hij het restaurant eerst. Hij dacht eraan de boel te slopen, maar hij bedacht zich al snel. “Elke dag stonden er toeristen op de ramen te kloppen met de vraag of ze naar binnen mochten om enkel een foto te maken. Het leek wel een museum. Tot dan wist ik nog niet dat het zo beroemd was. En toen was het duidelijk voor mij dat dit in precies dezelfde staat moest blijven”, aldus Dani. Dus kocht hij alles over: van de meubels tot de ijsmachine en van de menukaart tot de naam Toko Oen. Of zoals Jenny beweert: hij nam het over zonder toestemming.
Jenny haar familie heeft nooit stappen ondernomen de eigenaar ermee te confronteren. Dat zou te veel tijd en geld kosten, ook al wil ze zich wel graag verzetten. “Maar ik ben bang dat het me niets op gaat leveren. Het is een gevecht tegen een advocaat." De beschuldigingen gaan over en weer en de sfeer van een oeroud familiebedrijf met een rijke historie, dat wat de toeristen zien, slaat om naar een competitieve strijd tussen de twee eigenaren. “De sfeer is Toko Oen, maar de smaak niet. De recepten zijn niet doorgegeven door de originele, door de familie aangestelde koks”, zegt Jenny. “Ik begrijp wel wat Jenny bedoelt, maar onze business draait veel beter dan die in Semarang. Zij managet op haar manier, ik op de mijne”, reageert Dani
Beide eigenaren zijn van plan meer Toko Oen’s op te zetten in andere steden. Niet in samenwerking, maar apart van elkaar. Twee generaties en twee restaurantketens, maar dan met dezelfde naam. Het zijn nu nog niet echt concurrenten, want de restaurants bevinden zich in verschillende steden. Jenny is ook niet bang om in de toekomst weggeconcurreerd te worden. “Ik probeer zo veel mogelijk in de media te vertellen wat de verschillen zijn tussen de twee Toko Oen’s. Ik denk dat de klanten dan vanzelf wel naar ons toekomen.” Ook probeert Jenny toch enigszins vernieuwend te blijven in het restaurant. “Wij hebben airconditioning en ik heb een zithoek gerenoveerd. Ook ga ik mee met de trends onder jongeren, zij eten nu ineens allemaal spaghetti, dus heb ik dat op de kaart gezet. Geen van dat alles heeft de Toko Oen in Malang".
Al met al hebben de twee overgebleven Toko Oen restaurants ook veel met elkaar gemeen. De menukaart en de koekjes zijn veelal hetzelfde. Waar Jenny de recepten van de Nederlandse gerechten van haar oma heeft geërfd, heeft Dani ze geleerd van zijn Nederlandse vrienden. Verder is de inrichting in beide restaurants origineel, op de muur in Semarang siert een schildering met meneer Oen en hangen foto’s van vroeger. In Malang staan nog steeds de originele vitrines. Je ruikt de aroma’s van speculaas koekjes, gebakjes en bitterballen. En als historie ook een geur had, overheerste die.
Ook al denkt Jenny dat de klanten de verschillen tussen de twee Toko Oen’s wel weten, de toeristen zelf zeggen de verschillen niet te kunnen noemen. De uitstraling in Semarang oogt enkel wat luxer terwijl de prijzen in Malang wat hoger zijn. Uiteindelijk blijft het voor de toeristen gewoon het restaurant waar Nederlanders hun onweerstaanbare drang naar een kroket kunnen stillen en waar vroeger de kolonisten een huzarensalade aten.
met 2 foto's op VersPers