Aap-Noot-Mies van Jetses in museum Nairac
door Wijnand Kooijmans. woensdag 01 juli 2009 | 07:00
Jetses is ongetwijfeld een van de meest bekende illustratoren van Nederland. Miljoenen Nederlanders hebben op school of thuis door hem geïllustreerde leesboeken, schoolboeken en schoolplaten in handen gehad of gezien.
Voor het eerst zijn de originele schilderijen, aquarellen en schetsen van Jetses (1873-1955) in een overzichtstentoonstelling bijeen gebracht. Deze is tot en met 31 oktober te zien in hetVeluws Museum Nairac aan de Langstraat in Barneveld.
De schoolplaten geven een beeld van het leven op en om de boerderij en van een aantal beroepen, zoals de steenbakker, de schelpenvisser en de metselaar. Ze hebben romantische titels als 'De weide in de lente' of 'In augustus op den Dorschvloer'.
Aan de hand van Hein en Meintje werden en worden kinderen meegevoerd in de wereld van de werkende mens.
Wat toen dagelijkse praktijk was, is nu exclusief. De fijnproever koopt de boerenkaas bij de speciaalzaak en boeren krijgen een aanmoedigingspremie om hun vee in de wei te laten lopen.
In een tijd waarin kinderen vaak niet weten dat melk van een koe afkomstig is, hebben de platen niet alleen een nostalgische waarde, maar kunnen ze ook worden gezien als een waarschuwing voor alles wat verloren dreigt te gaan.
Naast de schoolplaten uit de serie 'Het Volle Leven' maakte Cornelis Jetses nog twee geschiedenisplaten. Aan het hof van Karel de Grote laat de pracht en praal zien in een vroegmiddeleeuws paleis. 'Ter Walvischvaart' blijft in de herinnering van velen door de woest aanvallende ijsbeer.
Jetses werd geboren in een arme buurt in Groningen. Al op jonge leeftijd bleek hij tekentalent te hebben. Vanaf zijn dertiende volgde hij tekenlessen in de avonduren, terwijl hij overdag werkte in een steendrukkerij.
In 1901 tekende Jetses een meubelcatalogus die werd gedrukt door uitgeverij J.B. Wolters in Groningen. Directeur E. ter Horst jr. van deze uitgeverij vroeg Jetses vervolgens de illustraties te maken voor de boekjes van Jan Ligthart en Hendricus Scheepstra.
De drie werden ook gevraagd om een nieuwe versie van het Leesplankje van Hoogeveen te maken. In 1910 verscheen het leesplankje waarmee generaties Nederlandse kinderen leerden lezen: aap noot mies wim zus jet teun vuur gijs lam kees bok weide does hok schaap duif schapen.
Jetses kreeg ook de opdracht schoolboekjes voor Nederlands Indië te illustreren. Ook het leesplankje werd aangepast.
Het Indisch leesplankje bestond uit jaap gijs dien zus boe bon oom waf vuur rook tol zeil de neus het huis een schip.
de Stentor