Moluks kamp straks enkel nog herinnering
09-01-2009 09:10 | Corina Schipaanboord
WESTKAPELLE - De sloophamer zweeft boven het voormalige Molukse kamp in Westkapelle. De eigenaar van het kampterrein, voormalig SGP-wethouder Ko Houmes wil er een bedrijvencomplex neerzetten. Oud-kampbewoner Frits Sahertian zou het jammer vinden als het kamp tegen de vlakte gaat. "Er liggen veel herinneringen."
Houmes wijst naar het voormalige kampgebouw. "Moet je zien wat 'n bende het is." Verf bladdert van de kozijnen. In diverse ruiten zitten sterren. De luifeltjes zijn begroeid met bramen. Houmes manoeuvreert tussen de braamdoornen door om een winkelhaak in z'n broek te voorkomen. Piepend gaat de deur open. Het gebouw staat vol met caravans. "Hier liep vroeger de muur van de kamertjes", wijst Houmes naar een richel in de vloer. "Daar zie je nog gaten in de vloer, van de toiletten." Het gebouw lijkt niet meer dan een oude schuur. "Hier vind je niets meer, echt niet."
Twee jaar geleden had Houmes al plannen om het voormalige kamp af te breken. "Ik heb toen contact gehad met het Openluchtmuseum, maar daar hadden ze de historie van de Molukkers al genoeg in kaart gebracht. Stichting Cultuurbehoud en het Polderhuis in Westkapelle hebben ook geen belangstelling om er een museum of iets dergelijks van te maken."
Ko Gabriëlse van Stichting Cultuurbehoud: "Het gebouw heeft niet echt historische waarde. Het is gemaakt met puin van in de oorlog verwoeste huizen. Eerst woonden er bouwvakkers die hielpen met de wederopbouw van het dorp. Daarna werd het kamp voor Molukkers ingericht. Eind jaren vijftig kreeg het de functie van kippenboerderij. Nu doet het dienst als opslagplaats voor boten en caravans." De staat van het gebouw ging in de loop der jaren achteruit, zegt Gabriëlse. "Ik vind het niet erg als het gesloopt wordt."
Schietincident
Voor Frits Sahertian heeft het kamp wel een bijzondere waarde. De Molukker woonde van 1956 tot 1959 in het kamp, samen met zijn vader en zus. "Ik weet nog dat we er heen gingen met de bus. We kwamen vanuit Vught, waar we in het voormalige concentratiekamp woonden."
Altijd als Sahertian in Zeeland is, gaat hij naar het kamp. "Dan sta ik op de dijk en kijk neer op het kamp. Ik zie mezelf weer lopen als kleine jongen van zes. Beelden van het verleden komen naar boven." Fijne, maar ook minder mooie.
Een schietincident dat zich in 1956 in het kamp voordeed, is zo'n duistere herinnering. "Ik speelde oorlogje met mijn vriendjes en opeens werd er echt geschoten. Voor m'n ogen lagen bloedende mensen op de grond. Dat was 'n groot contrast. Opeens leek het echt oorlog!"
Het incident ontstond nadat Molukkers van de regering voortaan in eigen onderhoud moesten voorzien. De kampbewoners gingen 'winkelen' bij de bakker en drogist en zeiden: "Stuur de rekening maar naar de overheid." Hierna werd het kamp streng bewaakt en na escalatie ontstond het schietincident.
Vroeger
Als sloop onafwendbaar is, zou Sahertian een gedenkteken of museum op de plaats van het kamp op prijs stellen. "Straks kom ik weer in Westkapelle en dan is er niets meer. Het zou mooi zijn als er een voelbare vorm overblijft, zoals een beeld of een museum. Zodat je kunt zeggen: "Kijk, daar was het.""
Terreineigenaar Houmes herinnert zich het kamp nog vanuit zijn jeugd. "Een museum zou mensen weer terugtrekken in die negatieve, emotionele sfeer. Het is niet goed wat er toen gebeurde, maar het was vroeger. Dat was een hele andere tijd, daar moet je rekening mee houden." Zelf heeft hij vooral goede herinneringen. "Ik zat met Molukkers in de klas. Regelmatig ging ik in het kamp met hen spelen. Ik heb er enorm veel pret gehad."
Ook raadslid T. Polderman (PvdA/GL) van de gemeente Veere vindt het jammer dat het kamp misschien verdwijnt. "Een museum voor het kamp zou mooi zijn, maar met een fototentoonstelling zou ik ook al heel blij zijn. Ik vind het belangrijk om een stukje te behouden. Je hoeft het niet per se in originele staat te bewaren, maar het moet wel gepaste aandacht krijgen. Er heeft zich nogal wat afgespeeld."
Inmiddels worden er stappen voor het verkrijgen van een sloopvergunning ondernomen. Als het aan Houmes ligt, wordt begin dit jaar gestart met de gefaseerde bouw van een bedrijventerrein op de plaats van het kamp. "Na zestig jaar is het kamp een gesloten hoofdstuk. Hij haalt een tekening tevoorschijn van een splinternieuw bedrijvencomplex. "Het kamp is niet meer dan vervallen muren en verrotte kozijnen. Dit ziet er veel beter uit. Echt waar."
Reformatorisch Dagblad