Groep 8 van De Vos krijgt les over de oorlog

Groep 8 van De Vos krijgt les over de oorlog

15 april 2016


Burgemeester Staatsen en Jan Goorbergh EllendeVette

Voorschoten - Dit jaar is de basisschool De Vos uitgenodigd om aanwezig te zijn bij de herdenking op 4 mei. Leerlingen uit de groepen 8 van de vestiging Krimwijk en Ter Lips zullen met de burgemeester de krans leggen bij het oorlogsmonument. Groep 7 verzorgt de expositie, vrijdag 22 april wordt die door groep 8 geopend in het Gemeentehuis.
Voorschoten - "Wij vinden het een hele eer", zegt locatieleider Krimwijk Marleen Stemerding, "wij vinden het heel belangrijk om te blijven gedenken, aan de tweede Wereldoorlog maar ook aan oorlogen die nu plaatsvinden".

Burgemeester Jeroen Staatsen heeft samen met meneer Jan van den Goorbergh een les gegeven aan de groepen 8 van de Vos. "Wij gedenken nu voor de 71e keer de oorlog" zegt de burgemeester. Op zijn vraag waarom er zo lang nog bij de oorlog wordt stil gestaan, blijkt dat uit de antwoorden van de kinderen dat zij er goed over na hebben gedacht, 'omdat er zoveel mensen zijn overleden voor onze vrijheid en omdat er nog steeds oorlogen zijn en er nog steeds mensen doodgaan'.

Ook op de vraag van de burgemeester wat de oorzaken van een oorlog kunnen zijn hadden de kinderen een antwoord, Macht, rijkdom (olie), godsdienst en wapenhandel werden als oorzaken genoemd. De burgemeester legde de kinderen uit hoe belangrijk het is om respect voor elkaar te hebben "als je elkaars meningen, leefwijzen en godsdienst respecteert dan hoef je geen oorlog te voeren, dan kan iedereen in vrede naast elkaar leven".

Meneer Goorbergh vertelt hoe hij de oorlog als klein jongetje heeft meegemaakt. Er woonde een Joodse familie in het huis achter het huis waar hij woonde, toen de Duitsers bij die Joodse familie aanbelden zijn ze gevlucht en onder de schutting doorgekropen om bij de familie Goorbergh onder te duiken. Uit angst dat hij als klein jongetje zijn mond voorbij zou praten werd hij naar zijn tante gestuurd. Hij vertelde ook over de hongerwinter die hij in Den Haag mee heeft gemaakt, lange rijen voor de centrale keukens, wij waren blij met alles wat we konden krijgen! Ook was er nauwelijks nog hout voor verwarming, we peuterden houten blokjes uit de tramrails".

De burgemeester heeft zelf de oorlog niet meegemaakt, maar kent de verhalen wel. "Toen de Nederlandse mannen naar Duitsland moesten om te werken in de fabrieken waar wapens werden gemaakt, is mijn vader ondergedoken. Hij werd verraden en door de Duitsers meegenomen en op transport gezet. Onderweg wist hij uit de trein te springen en moest toen weer onderduiken". Het is belangrijk om de verhalen uit de oorlog te blijven vertellen, "ze mogen niet vergeten worden", zegt hij. Ook de verhalen van de vluchtelingen uit Syrie mogen niet vergeten worden. Toen zij in de sporthal in Voorschoten verbleven sprak ik met mensen die vertelden wat zij allemaal hebben meegemaakt, hoe hun familie is vermoord en ik sprak met een jonge vrouw die tijdens de vlucht een babietje heeft gekregen. Ze vertelden hoe hele steden volkomen zijn verwoest en hoe ze alles hebben achtergelaten om een gevaarlijke reis naar de vrijheid te ondernemen. Wij moeten die mensen helpen".

Dan vertelt meneer Goorbergh nog dat we ook de oorlog in Nederlands Indië moeten gedenken. Veel Nederlanderse, soldaten zijn in de oorlog in Nederlands Indië omgekomen. Veelal jonge mannen die na de oorlog naar Nederlands Indië gingen om tegen Indonesiërs te vechten, er werd hen verteld dat zij de Papoea's moesten beschermen omdat de Indonesiërs het land wilden inlijven. "Als marinier verbleef ik 14 maanden in Nieuw Guinea, maar sommige soldaten bleven er wel 3 tot 4 jaar, terwijl zij dachten dat het maar voor één jaar zou zijn. Even naar huis bellen was er niet bij, brieven waren drie maanden onderweg! In het legermuseum in Soest zie je de hele geschiedenis van de oorlog, hier en in Indonesië, echt een aanrader om eens te gaan kijken", zegt meneer Goorbergh.

Groot Voorschoten