Koos legt mij het dictatorschap op
DOOR: THEODOR HOLMAN 28 JULI 2018, 14:00
Mijn lieve Koos, weggelopen uit een stripboek en voortdurend aan het solliciteren naar een rol in een animatiefilm voor kleuters, kan voor een hond helemaal niks, en ik heb geen zin om continu bars tegen hem te doen. Trainingsvoertjes laat hij uit zijn bek vallen, zelfs stukjes kip wil hij alleen eten als ik niet kijk en niet wanneer ik hem iets wil aanleren.
Ik zeg hem het volgende: "Hoe meer ik jou africht, hoe meer vrijheid je krijgt."
En ik probeer hem uit te leggen, dat als hij mooi naast me kan lopen en vooral luistert naar zijn naam en dan naar mij toe komt, ik hem niet constant aan de riem hoef te houden en hij lekker kan rennen.
Maar zijn aandachtsspanne is krap één seconde en hij rent met genoegen dwars over straat en hij vindt gierende remmen van vrachtauto's alleen maar koddig, net als mijn hartverzakkingen.
Hij legt mij het dictatorschap op. Hij wil die riem. Vrijheid doet hem niks. Hij eist constante dressuur.
Het vervelende is nu dat ik tot Koosje sta als mijn vader destijds tot mij. "Je hebt weer misbruik gemaakt van de vrijheid die wij je hebben geboden, want je hebt wéér gerookt en bent wéér te laat thuisgekomen, dus je blijft nu een maand thuis en geen zakgeld. En kijk mij aan, Theo, als ik tegen je praat!"
"En kijk mij aan, Koos!" wil ik zeggen, want hij laat overduidelijk merken dat hij maling aan me heeft.
Maar mijn vader kon volhouden, ik niet. En Koos heeft mijn slappe ruggengraat geroken.
Vrijheid past hem niet. Het is te gevaarlijk voor hem. Ik moet streng zijn, om lang van hem te kunnen genieten. Denken dictators zo over hun volk?
Ze hadden mijn vader ook willen dresseren. Met 'ze' bedoel ik de Japanners in het kamp. Als ik een foto had gemaakt van de blote ruggen van mijn vader en moeder, had mijn moeder meer littekens, maar waren die van vader heftiger. Tekens van verzet waar ze toch niet graag aan werden herinnerd, omdat ze hadden moeten toegeven. Niemand laat trots zijn littekens zien.
Ik heb geen littekens, alleen ben ik vader pas na zijn dood gaan waarderen. Hij wilde mij maar blijven dresseren, wat ik niet pikte.
"Foei, niet je riem kapot bijten, Koos."
Waarom doet hij niet wat ik zeg?
Parool