Duurzame zonde: palmolie

Duurzame zonde: palmolie


27-10-2009
Auteur: Suzanne Kröger


Suzanne Kröger (33) zet zich al jaren in voor het behoud van de bossen, de laatste maanden vanuit Indonesië, waar ze met man en haar zoontje Kas voor Greenpeace naar toe verhuisde. Maar ook Suzanne, zich dagelijks bewust van de snelheid waarmee de laatste oerwouden worden vernietigd, pleegt duurzame zonden. Onvermijdelijk: door het consumeren van producten gemaakt van palmolie, waarvan de teelt vrijwel altijd ten koste gaat van oerbos.

Eindeloze plantages strekken zich uit tot aan de horizon. Ik vlieg in een helikopter laag over Sumatra; we doen onderzoek naar de verwoesting van bosgebieden. Oliepalm- en acaciaplantages hebben het bos verdrongen. Als we doorvliegen zien we nog plukjes bos, temidden van grote kale vlaktes met hier en daar een laatste boomstronk, en dan nog meer plantages. Na bijna een uur vliegen is er pas weer echt bos in zicht: het Kampar schiereiland. Het unieke veenbos is één van de laatste uitgestrekte bosgebieden van Sumatra. Maar ook deze natuur wordt bedreigd door de oprukkende oliepalm- en acaciaplantages. Als het wordt platgebrand komt bovendien de enorme hoeveelheid CO2 die er ligt opgeslagen vrij. In Indonesië verdwijnt jaarlijks meer dan 2 miljoen hectare bos, vooral vanwege de winning van palmolie en papier. Vooral op Sumatra en Kalimantan gaat het in een razend tempo.

Zwartgeblakerde grond
Twee dagen later ben ik terug in Jakarta. Ondanks de beelden van smeulende stronken en zwartgeblakerde grond, waar eerst bos stond, laad ik de gebruikelijke producten in mijn mandje in de supermarkt. Dus pindakaas, shampoo, chocoladepasta voor mijn zoontje, chips. Veel producten in de winkel zijn van westerse multinationals als Unilever, Nestlé en Kraft. Gemaakt van ... palmolie. In meer dan 60 procent van de producten in een supermarkt - ook in Nederland - zit palmolie. Afkomstig van oliepalmen die worden verbouwd op uitgestrekte plantages, waar eerst prachtig oerwoud stond. Het ecosysteem is totaal verwoest en de lokale bevolking is vaak haar belangrijkste inkomstenbron kwijt. De bedrijven zijn verantwoordelijk voor de plantages en voor alle tussenstadia op weg ernaar toe, dus ook voor het maanlandschap dat ik op Sumatra met eigen ogen heb gezien. Als consument ben ik medeverantwoordelijk, door mijn simpele dagelijkse boodschappen. Maar hoe kan het anders? Voor veel palmoliehoudende producten is er simpelweg geen alternatief.

Nederland is zelfs één van de grootste importeurs van palmolie wereldwijd. De broeikasgasuitstoot veroorzaakt door de ontbossing voor Nederlandse import van palmolie is gigantisch: gelijk aan de uitstoot van 10 miljoen auto's.

De oplossing? Greenpeace voert campagne voor een moratorium op expansie in bosgebieden. Dit betekent dat bedrijven moeten stoppen met de aanleg van nieuwe plantages in bosgebieden. Die laatste bosgebieden moeten zo snel mogelijk beschermd worden. Hiervoor is geld nodig, en de klimaatonderhandelingen aankomende december in Kopenhagen bieden een unieke kans om geld op tafel te krijgen voor het stoppen van ontbossing. Die kans moeten we niet laten liggen! Terwijl ik nog een broodje pindakaas smeer, werk ik verder aan de Greenpeace campagne tegen palmolie. Binnenkort voeren we actie!

One Workd