maandag 26 januari 2009 door Elske Schouten
Met duikbril op naar Imlek
Een duikbril was gisternacht geen overbodige luxe bij de Dharma Jaya tempel in de Chinese wijk Glodok. Voor de viering van de avond voor Imlek, Chinees nieuwjaar, stonden daar alle anderhalve meter grote kaarsen te branden. Daarnaast brandden honderden Chinese Indonesiërs er wierook. Kortom: langer dan een paar minuten hield je het in de tempel niet vol, ténzij je een duikbril had tegen de rook.
Op de binnenplaats buiten zaten intussen al urenlang duizenden ‘armen’ te wachten op de gulle gaven van de tempelbezoekers. Gek genoeg waren er onder hen juist nauwelijks Chinese Indonesiers. Volgens iemand van de tempel zaten er meer mensen dan vorig jaar. Door de crisis, zei hij met een ernstig gezicht. Rond middernacht liepen mensen van de tempel door de zittende mensenmassa om het geld te verdelen: ieder steeds 1.000 roepia (7 cent). Hoeveel zouden ze hebben overgehouden aan de halve dag die ze er minstens hebben doorgebracht?
Toen ik een paar weken geleden bij deze tempel was, zaten alleen de ongeveer 100 vaste bedelaars er. Twee vrouwen deelden er toen geld uit, wat bijna uitliep op een knokpartij. Op een gegeven moment nam een van de bedelaars de leiding en verdeelde het geld. Ook weer iedereen 1.000 roepia, alleen was er niet voor iedereen genoeg.
Het was indrukwekkend om te zien hoe Imlek werd gevierd in de Chinese wijk. Alleen viel me tegen hoe weinig vuurwerk er werd afgestoken. Of doet men dat op een ander moment?
Ook voor de Barongsai, de drakendans, moet je niet in Glodok zijn, begreep ik. Die wordt eerder uitgevoerd in de shoppingmalls, waar veel Chinese Indonesiërs hun ‘nieuwjaarsdag’ doorbrengen. Het winkelcentrum in Pondok Indah, de duurste wijk van Jakarta, was vandaag stampvol.
Bij alle feestelijkheden kun je je bijna niet voorstellen dat Chinezen in Indonesië pas sinds minder dan tien jaar Imlek mogen vieren. Tijdens Soeharto was het verboden, net als het laten zien van Chinese tekens en allerlei andere culturele uitingen. Vandaar ook dat de Chinese wijk in Jakarta veel minder ‘Chinees’ is dan in veel andere steden. Veel mensen kunnen er helemaal geen Mandarijn.
De afgelopen tien jaar is er ontzettend veel gebeurd, zoals ook valt te lezen in het nieuwste nummer van online tijdschrift Inside Indonesia. Maar nog steeds moeten Chinese Indonesiërs, die misschien al drie of vier generaties in Indonesië wonen, bij sommige overheidsinstanties een bewijs overleggen dat ze Indonesiër zijn.
NRC