De zieke geest van Nederland
En hoe Nederland verantwoordelijk is voor de geweldsexplosies in Indonesië Kannibalen door Theodor de Bry (c. 1600)Beelden van half aangevroten kinderen, afgehakte ledematen en kannibalen die er een soepje van trekken. Het zijn gewelddadige prenten die Margaret Jacob op de derde congresdag aan het publiek laat zien.
Met een glimlach noemt ze het een pornografie van geweld. Pornografie waar de Nederlanders in de 16e en 17e eeuw van smulden. Hoe is dit te rijmen met het beeld dat er van Nederland bestond als vreedzame, tolerante en rustige staat? Volgens Jacob had het vooral te maken met angst. Angst voor de vijand en angst voor het onbekende. Het afbeelden van afschuwelijke geweldplegingen werd een manier om deze angst vorm te geven.
Terwijl de buurlanden van Nederland overhoop lagen met de eigen bevolking of met buitenstaanders, heerste er in het pluriforme Nederland relatief veel rust. Er was wel angst voor geweld en repressie, dat werd geuit door de gewelddadige tekeningen van bijvoorbeeld Theodor de Bry en Romeyn de Hooghe, maar de echte geweldplegers waren volgens de Nederlanders niet in Nederland te vinden.
De 16e eeuw was de eeuw van de religieuze oorlogen en de drie grote stromingen: calvinisme, katholicisme en lutherisme. In Nederland verschenen prenten met gruwelijke afbeeldingen van religieus geweld. De leeuw, die natuurlijk symbool staat voor Nederland, slaapt op veel van deze afbeeldingen. Om hem heen gaan alle dieren met elkaar in gevecht, terwijl de leeuw rustig verder tukt. Heeft de leeuw niet iets te lang geslapen, vraagt een kunstenaar zich op een afbeelding uit 1567 af.
Op vrijwel alle gewelddadige afbeeldingen uit die tijd zijn het altijd ‘de anderen’ die geweld plegen. De hertog van Alva die het been van een kind eraf bijt, Indianen die elkaar opeten en bloeddorstige Spanjaarden die de bevolking van Naarden om zeep helpen. Nederland wordt altijd afgebeeld als het slachtoffer. De grote machten tegen het onschuldige Nederland.
In de 18e eeuw verdween het geweld uit de afbeeldingen. De Vrede van Utrecht, die in 1713 getekend werd, bracht relatief veel stabiliteit in de Nederlanden. De angst verdween. De Nederlanders werden afgebeeld als succesvolle en vredelievende handelaren. Een beeld dat de hele wereld over ging.
De Nederlanders brachten hun pluriforme politiek en stabiliteit ook mee naar Nederlands-Indië, vertelt Robert Cripp in zijn lezing. Nederland was van mening dat het goed was de situatie in hun kolonie zoveel mogelijk intact te laten zoals het was voordat Nederland arriveerde. Dat zou rust scheppen en de Indische bevolking in toom houden. En het werkte. Terwijl onrust de Franse en Britse koloniën tekende, bleef het in Nederlands-Indië relatief rustig.
Waar Cripp zijn punt wilt maken is dat deze pluriforme en multiculturele benadering er juist voor heeft gezorgd dat er tijdens en na de Tweede Wereldoorlog enorme explosies van geweld in Indonesië hebben plaatsgevonden. De plurifome benadering van Nederland in de koloniale periode zorgde ervoor dat Nederland zich afzijdig hield van zaken die er toe deden voor de Indische bevolking. Er was geen sprake van een gedeelde politieke moraal. Dit creëerde een sfeer waarin het voor de Indische bevolking niet belangrijk was samen een politieke moraal te delen. In tijden van rust is de afwezigheid van een gedeelde moraal niet ernstig, maar in tijden dat grote problemen de kop opsteken, zoals bij de inval van Japan, kan deze afwezigheid tot grote catastrofes leiden.
AdV
Geschiedenis.vpro