Op je 74ste verhuizen naar IndonesiëGepubliceerd : 27 september 2010 - 9:00 am
Arie Jan Pennekamp (83) emigreerde op zijn 74ste naar Indonesië, samen met zijn Indonesische vrouw en hun zoon. In de jaren ervoor reisden ze vaak op en neer van Nederland naar Indonesië. Maar door al het gereis voelden ze zich nergens meer thuis.
Arie Jan Pennekamp met zijn vrouw Titi en hun zoon Constantijn Louis
Ik was 20 jaar toen ik werd opgeroepen voor de militaire dienst. Ik werkte bij de PTT telefoondienst. Na een straffe opleiding werd ons verteld dat we naar het toenmalige Indië zouden vertrekken.
In februari 1948 werden we ingescheept op de aloude Volendam. Na ongeveer 30 dagen varen kwamen we in Tandjong Priok aan. In augustus 1950 keerden we weer huiswaarts.
Grote indruk
Bij terugkomst kon ik opnieuw aan de slag bij de PTT telefoondienst. Mijn tijd in Indië had veel indruk op me gemaakt en dat gevoel verdween niet.
Toen ik met de VUT-regeling de PTT verliet, vroeg ik me af wat ik zou gaan doen met de rest van mijn leven. Ik had wel bedacht dat ik eerst een paar maanden naar Indonesië wilde gaan. Daarna zou ik het wel weer zien.
Met rugzak naar Indonesië
Ik was gescheiden en mijn twee dochters en een zoon, die niet meer thuis woonden, vonden het geweldig dat ik die reis zou gaan maken.
Al snel vond ik iemand die met mij mee wilde en samen vertrokken we naar Indonesië. Het werd een low budget reis met rugzak. Twee maanden lang trokken we door Sumatra.
Mooie vrouw
Twee jaar later, in 1989, vertrok ik weer naar Indonesië want ik was er nog lang niet uitgekeken. Opnieuw ging ik naar Sumatra. In de laatste week van onze reis (ik was er met de broer van mijn schoonzoon) ging ik naar Java, terwijl mijn reisgenoot achterbleef op Sumatra. We zouden elkaar weer ontmoeten in Jakarta.
Op de terugweg van een reis naar Jogjakarta kwam ik in de trein een mooie vrouw tegen. Het jaar erop trouwden we en samen gingen we naar Nederland.
Heen en weer reizen
Mijn vrouw Titi vond snel werk in Nederland en zo konden we bijna elk jaar met vakantie naar Indonesië. In 1994 werd onze zoon Constantijn Louis geboren. Hij was pas een half jaar oud toen hij met ons meeging naar zijn oma en opa, die hun kleinzoon zo graag wilden zien.
Zo gingen we tussen in de jaren negentig wel zeven keer naar de tropen. Toen we weer eens net waren teruggekeerd, zei mijn vrouw: ‘Het is gek, maar ik voel me nergens meer thuis.’ Ik antwoordde dat ik hetzelfde gevoel had. Als we in Nederland waren, wilden we naar Indonesië en als we daar waren, wilden we juist naar Nederland.
Ik zei tegen mijn vrouw: ‘Zullen we het eens van de andere kant gaan bekijken.’ Ze schrok even toen ze zich realiseerde dat ik naar Indonesië wilde verhuizen.
Ingescheept
Titi moest eerst aan het idee wennen. Maar daarna verkochten we ons huis en gedeeltelijk ook onze inboedel. Uiteindelijk vertrokken we, nadat alles was ingescheept en onze papieren in orde waren gemaakt, op 18 februari 2001 naar Indonesië. Ik was 74, mijn vrouw 38 en onze zoon 7 jaar oud.
Inmiddels wonen we al 9,5 jaar in Indonesië. Ik ben nu 83, mijn vrouw 47 en onze zoon is 16. Mijn kinderen uit mijn eerste huwelijk zijn hier al een paar maal geweest en ik ben drie keer naar Nederland gegaan.
Heerlijk klimaat
Nederland zal ik nooit vergeten. Ik volg alle berichten over mijn moederland via BVN en internet. Dat is voldoende voor mij. We leven hier heerlijk in een subtropisch klimaat op 1200 m hoogte. We zijn een paar trotse ouders.
RNW