James Loudon Als minister van Koloniën verzet hij in zich in 1861 fel tegen iedere gebiedsuitbreiding in Nederlands-Indië. Volgens hem zou dit het Nederlandse koloniale rijk alleen maar dichter bij de ondergang brengen. Slechts elf jaar later wordt hij echter benoemd tot gouverneur-generaal van het gebied en begint hij een zeer riskante oorlog tegen Atjeh. James Loudon werd geboren op 8 juni 1824.
James Loudon werd geboren op 8 juni 1824 te Den Haag. Hij was de zoon van een Britse suiker en indigohandelaar die zich had gevestigd op Java. Loudon volgde een studie rechten aan de universiteit van Leiden, waarna hij vanaf 1846 op Batavia actief was als advocaat en procureur. In 1857 keerde Loudon vanwege de slechte gezondheid van zijn vrouw terug naar Nederland. Vier jaar later werd hij hier benoemd tot minister van Koloniën in het kabinet-Van Zuylen van Nijevelt-Van Heemstra.
Als minister ontpopte Loudon zich als een fel tegenstander van de uitbreiding van het Nederlandse grondgebied in Indië. “Elke uitbreiding van ons gezag in den archipel beschouw ik als een schrede nader tot onzen val”, zo schreef hij in een rapport naar Batavia. Deze conservatieve houding zorgde echter voor onenigheid binnen de regering en na slechts één jaar kwam het kabinet-Van Zuylen alweer ten val. Loudon werd hierna benoemd tot Commissaris van de Koning in Zuid-Holland, een functie die hij ruim 10 jaar zou bekleden. In 1872 besloot hij echter terug te keren naar Nederlands- Indië en daar kreeg hij de functie van gouverneur-generaal.
Loudon stond bekend als liberaal politicus en gaf de lokale ambtenaren en bevolking dan ook meer vrijheden. Wel kwam hij echter terug op zijn eerdere conservatieve houding ten opzichte van gebiedsuitbreiding en begon hij in 1872 een oorlog tegen Atjeh. De eerst expeditie liep echter uit op een mislukking en Loudon werd hiervoor verantwoordelijk gehouden. Na slechts twee jaar kreeg hij alweer zijn ontslag en moest hij zijn functie opgeven. In 1875 keerde Loudon terug naar Nederland en vestigde zich weer in Den Haag, waar hij in op 31 mei 1900 op 75-jarige leeftijd overleed.
is.geschiedenis.nl