Indonesië
Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.

Indonesië

Informatie- en nieuwsforum over Indonesië en Nederlands-Indië
 
IndexLaatste afbeeldingenRegistrerenInloggen

 

 Historische Kranten

Ga naar beneden 
AuteurBericht
ElEl

ElEl


Aantal berichten : 8018
Registratiedatum : 08-12-08

Historische Kranten Empty
BerichtOnderwerp: Historische Kranten   Historische Kranten Icon_minitimedo 24 feb 2011 - 15:52

De ethische richting: haar opkomst, betekenis en verval

In de Indische journalistiek zien we 'wij' tegenover 'zij', de Europeaan tegenover de inlander, de 'meester' tegenover de 'onderdaan'. Het is deze tweedeling die domineert. Maar er waren uitzonderingen: journalisten die de brute hebzucht van hun landgenoten en hun grove gedrag tegenover de Indonesiër kritiseerden. Niet de raciale scheidslijnen werden door hen benadrukt, maar de mogelijkheden tot menselijke verhoudingen. Met hun accentuering van de schrijnende werkelijkheid van het kolonialisme vertegenwoordigen zij de stem van het geweten.

Een aantal van die kritische journalisten liet zich inspireren door Multatuli met zijn Max Havelaar (1860). De belangrijkste van hen was Pieter Brooshooft (1845-1921), hoofdredacteur van de Semarangse De Locomotief. Een onderzoek naar de achtergronden van een geruchtmakende opstand op een landgoed op West-Java in 1886 (de 'zaak-Tjiomas') was voor hem aanleiding het bedrijfsleven ervan te beschuldigen zich te verrijken ten koste van de in armoede levende inlander. Brooshooft had daarmee gekozen voor de Indonesiër.

De opkomst
Met zijn krant als spreekbuis werd Brooshooft een van de voornaamste wegbereiders van de ethische richting in de koloniale politiek, die met de troonrede van 1901 haar officiële begin kende. Bij de ethici leefde het ideaal van samenwerking tussen Nederlanders en Indonesiërs bij de opbouw van een nieuw Indië, waarin armoede en discriminatie zouden moeten verdwijnen. Een 'samen op weg' en 'wederzijds vertrouwen' waren de slagwoorden, een onafhankelijk Indonesië het uiteindelijke doel. Het geweten speelde op: een historische 'ereschuld' diende te worden afgelost. Het onderwijs werd uitgebreid en ontwikkelingsprojecten kwamen van de grond. Er kwamen inderdaad veranderingen die verbeteringen ten gevolge hadden.

Twee streng van elkaar gescheiden werelden werden zich wat meer bewust van elkaars nabijheid. Er was sprake van toenadering, maar tegelijkertijd van een scherpe reactie van de overgrote meerderheid van de Indischgasten die weinig tot niets wilden weten van de emancipatie van de inlandse bevolking.


Historische Kranten 1298547371-790
Het Nieuws van den Dag voor Nederlandsch-Indië, 15 maart 1913

Nationalisme
Die reactie manifesteerde zich vooral na 1912. In dat jaar ontstonden twee nationalistische organisaties: de Indische Partij (opgericht door E.F.E. Douwes Dekker, achterneef van Multatuli) en de Sarekat Islam. Het was met name de Sarekat Islam die de Nederlanders de stuipen op het lijf joeg. De emoties werden in veel nieuwsbladen met moord- en brandverhalen opgepookt. De kranten die daarin voorgingen, waren het Bataviase Nieuws van den Dag voor Nederlandsch-Indië onder Karel Wybrands en het Soerabaiasch Handelsblad onder M. van Geuns - later onder H. Zentgraaff. Niet alleen schilderden zij de 'inlandsche beweging' en haar kranten af als een duivels kwaad, ook en vooral kreeg de ethische politiek - die 'ziekelijke sentimentaliteit' - ervan langs als de schuld van alles. Het feit dat de beide genoemde bladen binnen zeer korte tijd verreweg de grootste kranten van Indië waren, zegt veel over het gedachtegoed en de mentaliteit van de Indischgasten.

Het failliet van de ethische richting
Confrontatie en polarisatie was er in steeds toenemende mate. Daarmee parallel groeide een snelle verrechtsing van de Europese samenleving. Deze kreeg haar definitieve beslag na de communistische opstanden van 1926 en 1927 en de woelingen rondom de Partai Nasional Indonesia van Soekarno omstreeks 1930. Vooral de onderdrukte rebellie op het oorlogschip 'De Zeven Provinciën' in 1933 overspoelde de kolonie met een reactionaire vloedgolf.

De ethische richting, al vanaf de jaren tien onder steeds grotere druk, was definitief op de klippen gelopen. Het woord 'ethicus' werd een scheldwoord. Wat nog resteerde aan progressief denkende journalisten, werd naar de marge gedrongen. Toch zijn zij er tot aan het einde geweest: de zeer weinigen die de tekenen des tijds verstonden en waarschuwden tegen de dodelijke gevaren van de 'koloniale krachtpatserij'. Uitgescholden werden zij voor 'staatsgevaarlijk', 'bolsjewieken', 'anti-Nederlanders', ja zelfs 'landverraders'.

Achile Weeber, hoofdredacteur van de uiterst bescheiden De Courant in Batavia en Multatuliaan, schreef eind 1927: 'Onhoorbaar groeit de padi [rijst], is een bekende spreekwijze van den inlander. Zoo zal 't ook zijn voor menschen, die hoorende en ziende blind blijven. Ook voor hen zal hier in Indië iets gaan groeien en groot worden, zonder ze er iets van gewaar worden, omdat ze niet willen zien en niet willen hooren.' Hoezeer heeft hij gelijk gekregen.

Literatuur
Ahmad B. Adam, The vernacular press and the emergence of Modern Indonesian consciousness (1855-1913). Ithaca/New York 1995: Cornell University, Southeast Asia Program. [Studies on Southeast Asia 17.]
John Ingleson, Road to exile; The Indonesian nationalist movement 1927-1934. Kuala Lumpur/Hong Kong 1980: Heinemann.
E.B. Locher-Scholten, Ethiek in fragmenten; Vijf studies over koloniaal denken en doen van Nederlanders in de Indonesische archipel 1877-1942. 's-Gravenhage 1981: Nijhoff.
J.M. Pluvier, Overzicht van de ontwikkeling der nationale beweging in Indonesië in de jaren 1930-1942. 's-Gravenhage/Bandung 1953: Van Hoeve.
Gerard Termorshuizen, Journalisten en heethoofden; Een geschiedenis van de Indisch-Nederlandse dagbladpers 1744-1905. Met medewerking van Anneke Scholte. Amsterdam/Leiden 2001: Nijgh & Van Ditmar en KITLV Uitgeverij. (het afsluitende deel, periode 1905-1942, verschijnt in mei 2011)

Gerard Termorshuizen, 2010
kranten.kb

Terug naar boven Ga naar beneden
http://www.tileng.nl
ElEl

ElEl


Aantal berichten : 8018
Registratiedatum : 08-12-08

Historische Kranten Empty
BerichtOnderwerp: Re: Historische Kranten   Historische Kranten Icon_minitimedo 24 feb 2011 - 15:56

Perscensuur in Nederlands-Indië

Persvrijheid is er in Indië nooit geweest. In 1857 werd het 'Reglement op de drukwerken in Nederlandsch-Indië', kortweg 'Drukpersreglement', vastgesteld, het 'gewrocht der duisternis' volgens de liberaal Thorbecke. Het bevatte niet minder dan negen artikelen die waren gewijd aan de overtredingen die konden worden gepleegd en de daaraan verbonden straffen. Een redacteur kon bijvoorbeeld vervolgd worden, wanneer hij zich schuldig maakte aan 'smaad, hoon en laster' jegens de gouverneur-generaal (art. 23) of wanneer hij had 'opgezet tot haat of minachting tegen de regering van de koloniën' (art. 24). Vooral deze twee artikelen vormden de grond van spraakmakende persdelicten in de decennia na 1857.

De geschiedenis van de negentiende-eeuwse Indische pers is er een geweest van steeds weer oplaaiende conflicten tussen kranten die streefden naar vrije meningsuiting en de koloniale overheid die dat streven dwarsboomde. Het leidde regelmatig tot vervolgingen. Een aantal rechtszaken is zeer geruchtmakend geweest, zoals die tegen H.J. Lion (in 1860), J. Nosse en S.E.W. Roorda van Eysinga (in 1864) - beiden werden verbannen uit de kolonie - en P.A. Daum (in 1885), wiens krant niet meer mocht verschijnen.

Onder invloed van politieke ontwikkelingen kwam er in het begin van de twintigste eeuw meer openheid in Indië met meer ruimte voor vrije nieuwsgaring. Het belang van de pers als alerte observator van misstanden in de kolonie werd erkend en gewaardeerd door de overheid. Dat verhoogde haar status en prestige.

Historische Kranten 1298547606-930
De locomotief : Samarangsch handels- en advertentie-blad, 20 augustus 1877

De 'haatzaai-artikelen'
De ontwikkeling had betrekking op de Nederlandstalige kranten. Tot omstreeks 1900 was de Maleistalige pers nog van weinig betekenis. Dat werd anders toen de 'inlandse beweging' opkwam, die zich bij het uitdragen van haar idealen vanzelfsprekend bediende van kranten. Deze verwierven zich in korte tijd een plaats in het politieke krachtveld van de kolonie. Voor een groeiend aantal Europeanen was dat een doorn in het oog. Hun spreekbuis was de rechtse pers met Het nieuws van den Dag voor Nederlandsch-Indië en het Soerabaiasch Handelsblad als haar belangrijkste exponenten. Haar racistisch-krenkende bejegening van Indonesiërs en hun leefwereld leidde tot steeds scherpere reacties van nationalistische kranten. Het uiten van minachting over en weer werd in korte tijd schering en inslag.

Het is om die reden dat de koloniale pers - de Nederlandse en inheemse tezamen - een van de voornaamste bronnen is voor onze kennis over de dramatische wijze waarop de verhoudingen tussen het bestuur en de inlandse beweging, wat algemener gezegd tussen heersers en overheersten, zich ontwikkelden. Sterker nog: Nederlandse en nationalistische kranten hebben door de heftige manier waarop zij op elkaar reageerden die ontwikkeling in belangrijke mate beïnvloed.

Om de toenemende agitatie te beteugelen kwamen in 1914 de zogenaamde 'haatzaai-artikelen' in het Indisch Wetboek voor Strafrecht terecht. Het uiten van vijandschap, haat of minachting jegens andere bevolkingsgroepen werd strafbaar gesteld. Door de willekeur echter waarmee de haatzaai-artikelen werden gehanteerd, schoten zij hun doel voorbij. Vanaf het moment dat journalisten terechtstonden vanwege de overtreding ervan, werd er met twee maten gemeten: verreweg de meeste aanklachten betroffen Indonesiërs die steevast zwaar werden gestraft, terwijl hun Nederlandse collega's vaak werden vrijgesproken of er met een lichte straf vanaf kwamen. Alle ethische bedoelingen ten spijt ging macht boven recht. Er was sprake van klasse- en rassenjustitie. De bitterheid in nationalistische kring groeide. Nederlanders en Indonesiërs dreven steeds verder weg van elkaar.

Persbreidelordonnantie
De jaren twintig kenmerkten zich door grote maatschappelijke onrust. De oplopende spanningen culmineerden in de communistische opstand van eind 1926 en begin 1927. Alle inspanningen van A.C.D. de Graeff, de laatste 'ethische' gouverneur-generaal, om het vertrouwen terug te winnen van de gematigde nationalisten, waren vergeefs geweest. Het ging van kwaad tot erger. De rechtse kranten, onder leiding van Wybrands en Zentgraaff, attaqueerden De Graeff en zijn intenties op ongehoord grove wijze. Daarnaast eisten zij een meedogenloos optreden tegen alle toekomstige nationalistische uitingen. Zonder ophouden speelden zij in op de door de rebellie gewekte angstgevoelens van het Europese publiek.

De toepassing door justitie van de haatzaai-artikelen, waar door critici om werd gevraagd, bleef achterwege, onder andere uit angst de publieke opinie over zich heen te krijgen. Het was onder die omstandigheden dat het gouvernement besloot een preventieve censuur in te stellen door het opleggen van schorsingen aan bladen die zich schuldig maakten aan een persdelict. In september 1931 trad de zogenaamde Persbreidelordonnantie in werking.

Maar ook de toepassing van die ordonnantie was uiterst partijdig: tegen het fel antinationalistische sentiment in Nederlandse kranten werd vrijwel niet opgetreden, terwijl Indonesische bladen veelvuldig werden getroffen door een persbreidel. Na de muiterij op het oorlogschip 'De Zeven Provinciën' in 1933 overspoelde een reactionaire vloedgolf de kolonie. Voor alternatieve geluiden was nu geheel geen plaats meer. De nationalistische pers werd de adem afgeknepen. Ook de weinige nog overgebleven linkprogressieve Nederlandse (week)bladen, de West-Java Courant, De Stuw en Het Indische Volk, verdwenen van het toneel. Indië had de karaktertrekken van een politiestaat gekregen.

Literatuur
Ahmad B. Adam, The vernacular press and the emergence of Modern Indonesian consciousness (1855-1913). Ithaca/New York 1995: Cornell University, Southeast Asia Program. [Studies on Southeast Asia 17.]
Mirjam Maters, Van zachte wenk tot harde hand; Persvrijheid en persbreidel in Nederlands-Indië 1906-1942. Hilversum 1998: Verloren.
Gerard Termorshuizen, Journalisten en heethoofden; Een geschiedenis van de Indisch-Nederlandse dagbladpers 1744-1905. Met medewerking van Anneke Scholte. Amsterdam/Leiden 2001: Nijgh & Van Ditmar en KITLV Uitgeverij. (het afsluitende deel, periode 1905-1942, verschijnt in mei 2011)

Gerard Termorshuizen, 2010
kranten.kb

Terug naar boven Ga naar beneden
http://www.tileng.nl
 
Historische Kranten
Terug naar boven 
Pagina 1 van 1
 Soortgelijke onderwerpen
-
» Historische kranten KB
» historische fout
» KB sluit project databank kranten af
» Vier eeuwen oude kranten op de pc
» Terug in oorlogstijd met kranten en affiches

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Indonesië :: Berichten :: Geschiedenis-
Ga naar: