De engel van Kebayorandoor Lucia Hogervorst
28/04/2011 - Kunst- en fotohistoricus Louis Zweers schreef met De engel van Kebayoran een intrigerende Indonesische familiegeschiedenis.
Huwelijksceremonie van Diman en Lativa, kleindochter van Lily. Foto uit het boek. Na de soevereiniteitsoverdracht van Nederlands-Indië in december 1949 vertrekken bijna 200.000 (Indische-) Nederlanders met passagiersschepen naar het moederland. De Nederlandse Lily gaat juist tegen deze stroom in: zij vertrekt in de zomer van 1951 naar Indonesië om zich te verenigen met de adellijke Amir, met wie zij eerder in Nederland met de handschoen is getrouwd. Hoe vergaat het haar in Indonesië, en hoe vergaat het haar kinderen en kleinkinderen? En hoe vergaat het Indonesië en de Indonesiërs eigenlijk na het vertrek van de Nederlandse kolonisator? Op die vragen geeft kunst- en fotohistoricus Louis Zweers een antwoord in 'De engel van Kebayoran'.
In de zomer van 1951 gaat de achttienjarige blonde Lily, studente aan het Utrechts Conservatorium, op weg naar Indonesië om zich bij haar geliefde man te voegen, de adellijke Amir. Ze is eerder in Nederland met de handschoen met hem getrouwd. De sfeer in Indonesië is Lily bepaald niet gunstig gezind: al snel neemt de antiwesterse retoriek van Soekarno steeds heftiger vormen aan. Het conflict over Nieuw-Guinea, dat na de soevereiniteitsoverdracht in Nederlandse handen is gebleven, escaleert. Nederlandse bedrijven en fabrieken worden genationaliseerd en Europeanen worden bedreigd. Eind 1957 komt er een ware exodus op gang van de laatste tienduizenden Nederlanders. Daarna is er vrijwel geen blanke meer op Java te bekennen en zelfs de Nederlandse consulaten worden gesloten.
Lily kiest voor de Indonesische nationaliteit en woont met haar man en drie kinderen in een villawijk in Bandung. Ze raakt er steeds meer geïsoleerd. Haar echtgenoot blijkt niet de zachtaardige man die ze in Nederland heeft leren kennen. Raden Amir is wispelturig, licht ontvlambaar, overspelig en jaloers. Hij werkt voor de INTEL, de Indonesische geheime dienst en is helemaal in de ban van de kosmopolitische Soekarno. Hij drijft haar tot wanhoop met zijn gedrag, maar er is niemand in haar directe omgeving bij wie ze daarover te rade kan gaan. Ze mag haar piano niet meer aanraken van haar man, haar enige uitlaatklep, en is zo helemaal op zichzelf aangewezen. Lily belandt een aantal keren in het ziekenhuis met lichamelijke en geestelijke klachten, die duidelijk zijn terug te voeren op haar huwelijksproblemen.
In de loop van de tijd zetten Lily’s kinderen zich steeds meer af tegen hun ‘blanke’ achtergrond. Dochter Dewi verft haar blonde haren zwart en zoon Guntur sluit zich aan bij het fanatieke anticommunistische studentenleger dat een bijdrage levert aan de machtspositie van het Soehartoregime. Lily’s beeldschone kleindochter Lativa, ‘de engel van Kebayoran’, trouwt met de zoon van een zeer vermogende en invloedrijke minister uit het Soehartoregime. Het echtpaar behoort tot de high society van Jakarta. Guntur daarentegen raakt aan lager wal en komt in een stadskampong van deze luidruchtige en krankzinnige metropool terecht.
Louis Zweers schrijft met De engel van Kebayoran meer dan familiegeschiedenis. De auteur beschrijft ook de politieke en sociale ontwikkelingen in het postkoloniale Indonesië en daar word je bepaald niet vrolijk van. Verschillende thema’s komen daarbij voorbij. Pramoedya Ananta Toer schreef in 1955 de roman Corruptie, maar over dit item valt in dit kader nog altijd volop te publiceren. Zweers maakt ook de kloof tussen arm en rijk concreet: de arme Indonesiër probeert het hoofd boven water te houden met een handeltje in zijn warung, zijn kraampje, terwijl de rijke zich per SUV richting shopping-mall met airco begeeft. Ook de toegenomen religieuze onverdraagzaamheid krijgt de aandacht: militante moslims maken het christenen moeilijk hun geloof te beleven, en schrijven vrouwen dwingend verhullende islamitische kleding voor.
De insteek van De engel van Kebayoran is helaas niet duidelijk. De uitgever noemt het een debuutroman, de auteur zelf beschrijft het als literaire non-fictie. Een roman is het zeker niet, daarvoor is het te weinig proza en ontbreekt het aan karakterontwikkelingen. De verschillende personages die in het boek voorkomen, blijven te eendimensionaal om je goed met hen te kunnen identificeren, zelfs hoofdpersoon Lily. De auteur gebruikt bovendien wisselende vertelperspectieven, en dat werkt verwarrend in een boek dat al vol zit met wisselingen in tijd, plaats en personages.
Literaire non-fictie klopt beter. In zijn beschrijvingen van het landschap en de mensen herken je de fotografische blik van Louis Zweers: met zijn beeldende beschrijvingen laat hij de lezer zijn reizen door Indonesië meebeleven, zijn bezoeken aan familieleden en bekenden. Door hun verhalen in de bredere historische context te plaatsen, ontstaat een compleet beeld. Je kunt het Indonesië van toen en nu als het ware zien, horen, ruiken en proeven. Maar zijn beschrijvingen van de overweldigende natuur vormen een echte aanbeveling: je wilt als lezer zo – weer – naar Indonesië!
Titel: De engel van Kebayoran
Auteur: Louis Zweers
ISBN: 9789460221132
Uitgeverij: KIT Publishers, jaar van uitgave: 2011
Aantal pagina’s: 232, paperback
Prijs: € 19,50
Geschiedenis.nl