Achtergelaten! mijn Oma in Surabaya
Ingezonden door Flappie op vr, 31/05/2013 - 19:53
Ben lang gaan twijfelen of ik dit verhaal wilde publiceren. Totdat ik het verhaal van de anonieme schrijfster over de verlaten groep las op deze website. Inderdaad vragen we ons nooit af wat er met onze javaanse oma is gebeurd toen we naar Holland vertrokken. Sterker nog ik heb me pas veel later afgevraagd toen ik in Holland reeds getrouwd was hoe het met mijn javaanse Oma zou zijn. Eigenlijk schaam ik me heel erg dat ik nooit eerder aan haar heb gedacht. Echter de situatie toen was daar niet naar en als je als kind bent opgegroeid met bepaalde gewoontes dan denk je vanzelf dat het zo hoort.
Zachtjes hoor ik haar lopen naar mijn kamer en heel voorzichtig maakte ze de deur van mijn slaapkamer open. “Ini nyoo, ini een beetje pudding santen” . Ik nam de pudding aan, de pudding zoals zij (mijn oma) dat noemde was eigenlijk bubur kacang hijau waar ik heel dol op ben. Zij noemde dat pudding omdat mijn Opa (een echte totok belanda) niet toeliet dat er in huis indonesisch werd gesproken, ook niet als het ging om eten of snoeperijen. Hij zei altijd “dan vertaal je het maar in het Hollandsch” .
Nadat ik de bubur opgegeten had, sloop mijn Oma snel weer terug naar haar kamer achter, naast de put en de buitenkeuken. Vaak kwam ze mij wat lekkers brengen, in stilte, in het geniep en heel snel was ze dan weer naar de keuken vertrokken. Zij sliep niet bij mijn Opa die in huis zijn werkkamer en slaapkamer had.
Kan me nog goed herinneren dat mijn Oma altijd in de achterverblijven vertoefde en nooit of nauwelijks in huis kwam behalve als mijn Opa moest gaan eten. Ik ben een viertal jaren door mijn Opa opgevoed totdat hij naar Holland vertrok. Wij hadden het bij ons niet zo breed en mijn vader had ons al heel vroeg verlaten.
Mijn Oma bracht haar tijd door met de andere bediendes en was voornamelijk in de keuken. Toen mijn Opa mij een keer betrapte in de keuken werd hij heel erg boos en zei: “je moet hier niet zijn, wil je ook een indonesier worden?, jij hoort thuis in het huis en als je wat nodig hebt dan roep je hun maar” vervolgens zei hij “als ik je nog een keer in de keuken zie dan kan je direct je biezen pakken en naar huis gaan”.
Voor een kind (Ik was een jaar of zes) en in die tijd waren dergelijke woorden van mijn Opa zoiets als een wet. Je dorst niets te zeggen en zeker niet iets te vragen.
In de avond toen ik met Opa in huis was zei hij: “Luister, jij bent anders dan die lui daar achter, je bent blank, ziet er goed uit en je toekomst ligt in Holland”. Kijk je Oma die kan met haar gelijken gelukkig zijn in de achterverblijven en die hoeft zeker niet naar Holland te gaan omdat ze daar niet thuishoort.
Als kind toen kon ik het niet helemaal bevatten maar dacht het zal wel zo zijn. Nog nauwelijks was ik in staat om zelf conclusies te trekken of een mening te hebben.
Op de één of andere manier bleef ik stiekem (als mijn Opa naar zijn werk was) naar de keuken gaan en dan liet Oma mij op haar schoot zitten en maakte ze pisang goreng of ubi goreng voor me.
Toen Opa naar Holland vertrok keerde ik terug naar mijn moeder. Nooit heb ik me afgevraagd waar mijn Oma was gebleven. Ook mijn moeder sprak daar nooit over.
Terugkijkend denk ik weleens dat mijn Opa zich schaamde voor het feit dat mijn Oma een javaanse was. Eigenlijk probeerde hij te ontkennen dat zij de moeder is van mijn moeder en dat ze eigenlijk tot de familie behoort en dat je voor haar ook liefdevol zou moeten zorgen.
Hoewel het allemaal een zeer pijnlijke situatie was toendertijd, probeer ik toch het gedrag van mijn Opa in het perspectief van DIE tijd te zetten.
P.S. Alle lof voor de anonieme schrijfster die zo goed voor haar Oma is opgekomen, ik wou dat ik dat ook had gedaan!
Flappie
Stichting Adinda